
Hitler wist een groot deel van zijn onderdanen zodanig aan te spreken dat zij hem blindelings in zijn verderfelijke overmoed wilden volgen.
Europa voelde de dreiging naderen, maar de angst daarvoor werd veelal verdrongen. Men wilde en kon zich niet indenken dat Duitsland, na de verpletterende nederlaag aan het eind van de Eerste Wereldoorlog van 1914 – 1918, zich weer opnieuw in een overwinningsroes zou durven wagen. Maar toen de dreiging desondanks toch steeds sterker werd ging ook Nederland in 1939 het leger mobiliseren, met in het achterhoofd de gedachte: “Het zal wel niet echt nodig zijn; wij zullen net als in 1914 wel weer neutraal kunnen blijven; Duitsland zal ons heus wel ontzien!”
Op 24 augustus 1939 kondigt Nederland een vóórmobilisatie aan en op 28 augustus worden 15 lichtingen opgeroepen voor een volledige mobilisatie. Hitler reageert daarop met de belofte de neutraliteit van Nederland en ook van België, Luxemburg en Zwitserland te zullen respecteren.
Ook Schijndelse jongens, onder meer Jan van der Eerden, Nico Gintelenberg, Toon de Hommel, Jan (Jentje) Kemps, Hein van Liempd, Jan Mathijssen, Petrus van Roozendaal en Adrianus van Weert worden onder de wapenen geroepen. Toon de Hommel is de latere mede-directeur van Jansen de Wit; Jan Mathijssen de latere operettezanger bij Zonnig Brabant. Onder de opgeroepenen uit Schijndel mogen we hier zeker niet vergeten de Schijndelse sergeantvliegenier Toontje van Liempd.
Bron tekst: De Granaatweken – Ben Peters, Louis van Dijk
Bron foto: Kent U ze nog … de Schijndelse?, Saskia Visser